Een foute naam voor dit optrekje, want Stokesay Castle is helemaal geen kasteel. Hoe dat zit vertel ik in dit blog.
Dankzij mijn trouwe volger C, die mij af en toe extra prikkelt met een opgave “Waar ben ik?” ben ik bij dit Stokesay Castle gekomen. Dit bijzondere, maar vrij onbekende object ligt in Shropshire ten westen van Birmingham in het midden van Engeland. Het was al gepland om die richting op te gaan, voor een ander bijzonder object, binnenkort in een ander blog, maar toen ik dit voorbij zag komen was mijn interesse meteen gewekt.
Stokesay Castle, wel of geen kasteel?
De naam van het kasteel is sterk misleidend, want het blijkt helemaal geen kasteel te zijn. Het ziet er wel wat kasteelachtig uit, maar dat is het niet en ook nooit geweest. Althans, niet met de functie van verdedigbaar fort. Het versterkte uiterlijk had de bedoeling om Middeleeuws gespuis af te schrikken. Rovers, dieven, landlopers et cetera.
Het gebouw is namelijk gebouwd door een rijke wolhandelaar. Zeg maar gerust, steenrijke handelaar: Laurence of Ludlow. Aan het eind van de 13e eeuw had deze Laurence zo goed verdiend aan deze handel met Vlaanderen, dat hij dit optrekje voor zichzelf liet bouwen. Dat wil zeggen, voor zichzelf en zijn gezin en huishouden. Een huishouden in de Middeleeuwen was iets anders dan gezin, daar hoorden stalknechten, koks, dienstbodes en al het overige personeel bij.
Uiterlijk van het kasteel.
Het kasteel is dus niets meer dan een privé-woning… die beschermd moest worden. Maar tegelijkertijd geen kasteel moest zijn. De reden daarvoor klinkt voor ons idioot, maar was in de 13e eeuw van levensbelang: Laurence was slechts een handelaar, die een stuk grond had kunnen bemachtigen om zijn woning op te bouwen. Maar hij was niet van adel, en werd dus zeer argwanend bekeken door de Lords, Counts en Dukes , de gebruikelijke landeigenaren. Immers, de 13e eeuw kende nog een sterke scheiding tussen de 3 standen, en deze Laurence, deze gewone man, had het lef om dat te doorbreken!
Dus werd het kasteel, ik blijf het toch maar zo noemen, dusdanig opgetrokken dat het er versterkt uitzag voor een rover of dief. Maar een meer ervaren oog had meteen door dat het geen belegering zou kunnen doorstaan. Oftewel, genoeg afschrikking voor het dagelijks leven, volstrekt onvoldoende in tijden van oorlog. En daarmee werd een perfect compromis gevonden.
Zo zien we wel een versterkte toren, maar tegelijk daarin grote vensters. Er was een grote muur rond het complex opgetrokken, maar die was te dun om regulier wapentuig te kunnen weerstaan. De grote zaal ziet er machtig uit, maar met de ook hier geplaatste grote ramen was deze onmogelijk te beveiligen of verdedigen. Slechts enkele kamers waren extra versterkt, dat zijn vermoedelijk de kamers geweest waar het vermogen van Laurence werd bewaard en bewaakt. Immers, in die tijd was het vermogen nog letterlijk klinkende munt, cash.
De Grote Zaal van Stokesay Castle
De grote zaal is zonder meer het spektakelstuk van het gebouw. Een reusachtig verblijf, een kasteel waardig. Dit was de plek waar de familie inclusief het hele huishouden at. De zaal wordt gekenmerkt door de enorm hoge kap, met prachtige middeleeuwse spanten. De balken zijn onderzocht op de jaarringen, waarbij is vastgesteld dat de bomen in 1280 zijn gekapt. Voor alle balken voor het gehele pand, waarmee direct vast staat dat het complex in 1 keer is gebouwd.
Aan beide zijden van de zaal zijn grote gotische vensters geplaatst, die de zaal een beetje het uiterlijk van een kloosterzaal geven. Niet zo verwonderlijk in een tijd waarin nauwelijks iets anders dan dat gebouwd werd. Zeer bijzonder in deze vensters is dat hier aan de bovenzijdes glas werd geplaatst. Glas! Dat in de 13e eeuw was voorbehouden aan de allerrijksten, en natuurlijk aan de kathedralen die toen overal in Europa verrezen. Maar in een gewone woning? Zeker niet! Het was blijkbaar ook zo kostbaar, dat het slechts werd geplaatst als de familie daadwerkelijk in het huis verbleef. Vertrok men naar een andere woning van de Laurence, dan werd het glas mee genomen!
Vanuit de zaal kun je de trap op naar de vertrekken in de Noordtoren. Zelfs die trap is volledig 13e eeuws! Geweldig om te zien hoe met doormidden gekliefde eiken stammen de tredes zijn gemaakt. De leuning? Voor het grootste deel ook authentiek 13e eeuws, met een heerlijk profiel eraan, dat het beklimmen van de trap erg aangenaam maakt. Daar glijdt je hand dan, over bijna 750 jaar oud eikenhout! Waar maak je dat nog mee?
Vrijwel geheel 13e eeuws!
En daarmee is meteen een belangrijk aspect van dit Stokesay Castle aangeroerd: het authentieke karakter ervan. Uiteraard zijn er aanpassingen geweest, uiteraard heeft de tand des tijds zich doen gelden, maar aanpassingen zijn beperkt gebleven, er zijn geen ingrijpende verbouwingen c.q. moderniseringen geweest. En verwoestingen door oorlogsgeweld zijn wonderbaarlijk genoeg ook aan Stokesay voorbij gegaan. Het gezochte compromis in de uitstraling van het pand heeft hier dus ook zijn werk gedaan.
Er zijn enkele kleinere aanpassingen, moderniseringen gedaan, zoals aan de bovenste kamer van de Noordtoren, of aan een vertrek aan de andere kant, dat in de 16e eeuw voorzien werd van Barokke aftimmering en meubilering. Het zou de hoofdslaapkamer geweest zijn.
De oorspronkelijke ommuring van het complex is in de burgeroorlog in de 17e eeuw afgebroken en het poortgebouw was kort daarvoor nieuw opgetrokken.
Maar in het algemeen schetst Stokesay een getrouw beeld van de woning van een rijke burgerman in de 13e eeuw. En dat maakt het een feest om te ontdekken. Dergelijke woningen zijn vrijwel nergens meer te vinden, zeker niet op het platteland. Je vindt nog wel eens een stadswoning van dergelijke ouderdom, maar ik ken eigenlijk geen andere voorbeelden van een 13e eeuws buitenhuis.
Een bijzondere ontdekking dus. Dank C. voor deze prikkelende tip!
Meer weten over dit kasteel? Binnenkort vertel ik er aanvullend uitgebreid over in een speciale lezing over deze streek.