Hôtel Hannon
Het Hôtel Hannon in Brussel is een recent opengesteld pand en fraaie expressie van de Art Nouveau in Brussel. Die stad mag je gerust een belangrijke bakermat noemen van de Art Nouveau in Europa. Als je kijkt wat er gerealiseerd is, en door hoeveel verschillende architecten dan ligt die conclusie voor de hand. Het Hôtel Hannon is een prachtig voorbeeld van de stijl die in Nederland soms wat laatdunkend “Spaghettistijl” wordt genoemd. Overigens moet je Hôtel als Frans woord niet verwarren met het Nederlandse hotel… In het Frans betekent het ook een luxe woning.
Art Nouveau in Brussel
Zoals gezegd, die Art Nouveau heeft in Brussel vele gebouwen voortgebracht. Ik heb het daar eerder al over gehad, zie bijvoorbeeld dit blog over de architectuur van Victor Horta. Ondanks dat het Hotel Hannon echter vlakbij het eigen huis van Horta staat, heeft hij dit huis niet ontworpen. Het werd ontworpen door Jules Brunfaut, een vriend van het echtpaar Hannon. Interessant genoeg is dit huis het enige object dat Brunfaut in de Art Nouveau stijl heeft ontworpen. En ondanks dat het een echt Art Nouveau pand is, is de detaillering ervan toch duidelijk anders dan van andere architecten.

Gevel van het hoekpand
Dat laatste is natuurlijk niet ongebruikelijk, elke architect heeft zo zijn eigen signatuur. Opvallend is wel dat in het Hôtel Hannon de zwierigheid minder is, dan b.v. bij Horta. Het huis is als het ware wat klassieker uitgevoerd. Dat is bijvoorbeeld zichtbaar in het grote mozaïek in de centrale trappenhal. Onmiskenbaar Art Nouveau, roept het toch ook een gedachte op aan Romeins mozaïekwerk. Een overblijfsel van vele reizen door Italië die Brunfaut heeft gemaakt?
Buitengevel van het Hôtel Hannon
De buitengevel van het huis wordt gekenmerkt door golvende elementen, waarvan de uitstulpende serre wel het opvallendste is. Die serre is geheel volgens Art Nouveau kenmerken in staal gerealiseerd. Staal werd in deze stijl voor het eerst als zichtbaar bouwmateriaal en als esthetische oplossing gekozen. Voorheen was het vaak aan het oog onttrokken of gecamoufleerd, in ieder geval vanaf de straat. Denk bijvoorbeeld aan de 19e eeuwse stations, waar de kap pas zichtbaar wordt als je uit het monumentale stationsgebouw komt.
Kenmerkend is ook dat de gevels niet symmetrisch zijn. Opnieuw typisch voor de Art Nouveau en tegelijk een van de grote uitdagingen van de stijl. Ons brein associeert asymmetrie namelijk met onrust, of zelfs lelijkheid. Om dan toch een evenwichtige gevel te ontwerpen, die ons niet afstotelijk voorkomt, is een hele uitdaging. Toch is dat in het geval van dit huis fraai gelukt. Met zelfs nog een bijzondere toevoeging, want de hoek van het pand is afgeschuind. Daardoor krijg je vanuit de grote salon op de “Bel-etage” een panoramisch blik op de beide straten langs dit hoekpand.
De gevel is opgetrokken uit een fraaie plaatselijke natuursteen, met de ook weer kenmerkende gebogen en zwierige ramen in een edele houtsoort. Voor de ramen en bij de balkons zijn dan uiteraard ook weer de sierlijke smeedijzeren hekken opgenomen.
Het Hôtel Hannon: nog aanvullend te restaureren
Het pand is pas een jaar of wat geleden open gesteld. Daarvoor is het gerestaureerd, zodat de belangrijkste ruimtes weer hun authentieke zwier uitstralen. De salons, entree en traphal, en de buitenzijde zijn fraai opgeknapt.
Maar interessant genoeg is niet het hele pand al gerestaureerd. Daardoor kun je op enkele plekken nog goed ervaren hoe het pand in de latere helft van de vorige eeuw is aangepast. Daarbij werd de zwierigheid aan het zicht onttrokken, voor zover mogelijk. Dat is bijvoorbeeld goed te zien in de serre. De gevel is prachtig met bijzondere glas-in-loodpanelen met natuurlijke taferelen. Maar het glazen dak is samengesteld van blank structuurglas. Ik ben ervan overtuigd geraakt dat dat een latere verbouwing is geweest.
Er zijn namelijk op het plafond van dezelfde kamer fragmenten van oude schilderingen vrij gelegd. Een sauslaag die er ooit overheen is gezet kon worden verwijderd, of was misschien zelfs al gaan bladderen. Eronder komt een fraaie schildering van bladranken tevoorschijn in groen en geel, mogelijk ooit zelfs goud geweest. Frappant is dat op het plafond ook een onderverdeling geschilderd is, met grijze banden.
Verbindt je die banden in gedachten met elkaar, dan komt een patroon tevoorschijn. Een patroon wat perfect aansluit bij de stalen ribben van de serre. Als zodanig het plafond completerend ontdek je dat de ruimte een sterkere eenheid gaat vormen. Waar het nu een kamer met een erker lijkt, maakt die gecompleteerde schildering er een veel duidelijk voelbaarder cirkelvormige ruimte van! zoals het vloermozaïek ook al suggereert!

restanten schilderwerk achter een latere sauslaag op het plafond
En daarmee vormt hij een perfecte tegenhanger van de (quasi-) cirkelvormige traphal (formeel ellipsvormig). Geheel volgens de principes van de Art Nouveau gaat de serre nu een verbinding aan met de trapruimte! Beide ruimte vormen elkaars tegenhanger…. Een heerlijke ontdekking!
Edouard Hannon: socialistische opdrachtgever?
Een rondgang makend door het huis kwamen we op de verdieping via de schitterende monumentale trappartij, met fraaie natuurschildering. Hier waren enkele slaapkamers gesitueerd. Het was omstreeks het begin van de vorige eeuw lang niet altijd gebruikelijk dat echtelieden een gezamenlijke slaapkamer hadden. Vanaf de verdieping gaat er echter ook een kleinere trap naar boven, naar de zolderverdieping.
Hoewel niet aan het zicht onttrokken was mijn eerste gedachte: de diensttrap. Gebruikelijk in luxe panden van die tijd, ja zelfs nog in panden van Le Corbusier van 30 jaar later! Maar deze trap ging niet omlaag, en de monumentale trap geeft geen toegang tot de zolder. Het blijkt dat Edouard Hannon door vele reizen als vertegenwoordiger van het chemiebedrijf Solvay zichzelf is gaan verwonderen en zelfs storen aan de sociale misstanden in de 19e eeuwse maatschappij. De uitbuiting van de arbeidersklasse stond hem enorm tegen.
De zolderverdieping was / is niet toegankelijk maar de suppoost wist mij te vertellen, dat hier ook de werkkamer en bibliotheek van Edouard gevestigd was. Dat betekent dat hij die verdieping doelbewust deelde met zijn personeel. En dus ook die trap met zijn personeel deelde. Beslist geen bezuiniging dus! Die zou met de verdere luxe van het huis weinig substantieel zijn geweest. Nee, klaarblijkelijk een doelbewuste keuze voor samengebruik! Een teken van respect voor het personeel (dat er zeker was): ik zie u, u mag er ook zijn. Voorwaar een bijzonder teken in een huis uit die tijd. Het maakt van Edouard Hannon een geëmancipeerd, zoniet socialistisch ingesteld man.
Aldus is het Hotel zeker een bezoek waard. En eigenlijk: wacht er niet te lang mee. Als het volledig is gerestaureerd, zijn die ook interessante bouwsporen verdwenen! Waarom gaan we anders niet een keer samen? Ik organiseer het graag!